Kansrijke oplossing bezuinigingsdoel Hervormingsagenda Jeugd
Is het bezuinigingsdoel van de Hervormingsagenda Jeugd voor jou haalbaar? Onze aanpak: bij gezinnen die leven in een kwetsbare situatie al vóór de geboorte van een kind de juiste zorg verlenen.
De kosten in de jeugdzorg stijgen enorm en de trend is dat er alleen maar méér jeugdzorg wordt afgenomen. De in de Hervormingsagenda opgenomen ambitie om te besparen is dan ook begrijpelijk. Maar die ambitie vormt een grote uitdaging. De voorgestelde bezuinigingen zijn op termijn vrij fors: veel gemeenten krijgen vanuit het Rijk in 2027 slechts de helft van het budget dat ze nu ontvangen.
Daarnaast moeten er natuurlijk ook inhoudelijke ambities gerealiseerd worden. Hoe zorgen we dat we sneller jeugdigen en hun gezinnen verwijzen naar de juiste hulp? Dat we sneller en effectiever ‘doen wat nodig is’?
Verkeerde discussie
Het is opmerkelijk dat de discussie rondom jeugdzorg vaak gaat over ‘randzaken’. Er wordt veel hoop gevestigd op ‘normaliseren’: het idee dat niet elk probleem om zorg vraagt. Kunnen we de hobbels van het leven niet wat minder zwaar maken en minder problematiseren? Moet een kind dat een ‘beetje druk’ is meteen in behandeling? Of kan die eerst deelnemen aan kinderyoga?
Dit is een zinvolle discussie als het gaat om lichtere hulp. Maar het is de vraag of de uitkomst daarvan leidt tot de wezenlijke bezuiniging die het Rijk voor ogen heeft. En of het helpt om de kwaliteitsslag te maken die ze ook wil realiseren. Vooral omdat er grote uitdagingen spelen die verandering überhaupt lastig maken: denk aan de arbeidstekorten en de hoge werkdruk bij professionals in de jeugdzorg.
Kleine groep, grote kosten
Welke weg moeten we inslaan om de gewenste verandering te realiseren? Beschikbare data geven de richting aan, maar daar maken we opvallend weinig gebruik van. En dat terwijl datagedreven werken steeds duidelijker maakt waar de forse kosten voornamelijk vandaan komen: een klein aantal gezinnen dat extreem veel hulp nodig heeft. Uit de cijfers blijkt dat ongeveer 15 procent van de gezinnen een groot deel (soms wel 75 procent) van het budget gebruikt.
Juist op deze gezinnen moeten we ons dus richten om kosten te besparen. En om, bovendien, de zorg voor de gezinnen in de meeste kwetsbare situaties beter in te richten. Want over het feit dat de huidige aanpak duur en weinig effectief is, is veel overeenstemming. Tijdige hulp blijft nu te vaak uit, terwijl het doorgaans vanaf de eerste signalen al duidelijk is dat er intensieve hulpverlening en begeleiding nodig is. Met alle gevolgen voor de kwaliteit van leven van ouder en kind van dien.
De wetenschap
Het is dan ook zinvol om af te stappen van de brede discussie rondom jeugdzorg en te focussen op dat wat prioriteit moet krijgen. Het belang daarvan wordt onderschreven door de wetenschap: steeds meer onderzoek wijst erop dat de eerste 1000 levensdagen de belangrijkste periode is voor de ontwikkeling van een kind*. Te lichte hulpverlening aan gezinnen in die periode, voorkomt dat er tijdig regie uitgeoefend wordt om latere problematiek en daarmee gepaard gaande zorgkosten te voorkomen. Zo loopt de hulpverlening, onnodig, achter de feiten aan.
Nieuwe aanpak
Dat kunnen we voorkomen door meer gebruik te maken van beschikbare data en monitorgegevens die (ernstige) problemen voor jonge ouders, in de meest kwetsbare situaties, voorspellen. GGD’s brengen de risicofactoren in kaart en monitoren deze factoren al vóór de geboorte en gedurende de eerste vier jaar van het kind. We werken samen met Connect2Grow (verbonden aan de Erasmus MC) die wetenschappelijke vragenlijsten heeft ontwikkeld om uit te zoeken wat een gezin nodig heeft. Hierdoor wordt voor de geboorte in kaart gebracht of preventieve hulp nodig is. Hierdoor ontstaat er ruimte bij de ouders om zaken te veranderen voordat het kind wordt geboren. Een kansrijke oplossing voor ouder en kind.
Het tijdig in beeld brengen van gezinnen in kwetsbare situaties is de eerste stap. Maar hoe moet vervolgens de zorg die voor hen nodig is eruitzien? Daarover zijn veel experts het inhoudelijk al eens. Zij leggen de nadruk op twee interventies:
Een korte en relatief goedkope behandeling waardoor de kans op een gezonde hechting sterk toeneemt. Het overgrote deel van jonge ouders heeft zelf een traumatische achtergrond (intergenerationele overdracht). Door dit trauma snel en effectief te behandelen, ontstaan meer mogelijkheden om een goede relatie op te bouwen met het kind.
Een gast-/leefgezin dat continuïteit in zorg en ondersteuning biedt voor het kind en de jonge ouder. Terwijl de jonge moeder herstelt en de ouder(s) stapsgewijs de rol pakt in de opvoeding van het kind, is het belangrijk dat het kind zich veilig kan hechten en ontwikkelen. Hiervoor biedt een gastgezin ruimte, steun en stabiliteit.
Een dergelijke nieuwe aanpak biedt voordelen op alle niveaus:
Niveau van de ouder: de begeleiding ontlast de jonge ouder(s) en stelt de moeder in staat om sneller te starten met herstel. De inzet van het support-/gastgezin voorkomt (extra) stress die de opvoeding met zich meebrengt bij de ouder(s) en geeft hen meer ruimte geeft om te werken aan de eigen basis.
Niveau van het kind: de ruimte (en rust) die ontstaat, heeft invloed op de opvoeding en daarmee ook op de ontwikkeling van het kind. Doordat er minder stress is bij de ouder(s) en er tijdig intensieve begeleiding/hulp aanwezig is, zal het kind zich positiever ontwikkelen en minder problemen ervaren op latere leeftijd.
Niveau van de gemeente: door de stevigere, maar meer passende inzet bij de start, worden op termijn kosten bespaard. Door tijdige en effectieve hulp, is latere (duurdere) hulp voor zowel ouder als kind niet nodig. De kans op herhaalde crisissen neemt significant af. Door te investeren in een effectieve preventie en vroegtijdige inzet, wordt een kostenbesparing op langere termijn gerealiseerd van minimaal 70 procent.
Conclusie
Het bezuinigingsdoel van de Hervormingsagenda is een uitdaging. Door meer gebruik te maken van beschikbare data en monitorgegevens kunnen we zorgen we dat jeugdigen en hun gezinnen op tijd de juiste hulp krijgen en doen we sneller en effectiever wat nodig is.