Patrick: “Blijf kijken naar wat er allemaal wél kan”

Bevorder arbeidsparticipatie. Door opnieuw te durven koersen en je te committeren aan het uiteindelijke, inclusieve doel. Haal de managers en teamleden uit verankerde posities en kijk naar wat wél kan: veranderen doe je niet alleen, maar met het hele team.”

De kracht van ons werk zit ‘m in onze persoonlijke betrokkenheid. We luisteren naar het perspectief van een ander en voelen ons medeverantwoordelijk voor een betere wereld. En we zijn realistisch, want ons eigen perspectief nemen we ook mee in de opdrachten die we doen. Dit is het perspectief van Patrick de Lange.

We willen beter maatwerk voor werkzoekenden met een afstand tot de arbeidsmarkt. Sinds de jaren 60 werkt Nederland aan een systeem om werkzoekenden aan het werk te helpen. Met in 1969 de Wet Sociale Werkvoorziening en, met een grote sprong naar 2018, zelfs een rijks brede werkwijze voor de doorontwikkeling van Social Return. 

De bedoeling: bevorderen arbeidsparticipatie

Het onderwerp zal nog lang, heel lang, op de agenda van onze samenleving blijven staan: meer aandacht voor mensen die het zonder ondersteuning niet redden op de arbeidsmarkt. En om de beleidsplannen van de gemeentelijke agenda’s op dit punt met voortschrijdend inzicht te durven veranderen, zijn er breekijzers nodig. Mensen die opnieuw durven koersen en zich volop committeren aan het uiteindelijke, inclusieve doel. Patrick is zo’n man. Hij werkt met daadkracht aan het bevorderen van arbeidsparticipatie vanuit gemeentelijk perspectief. En als man die het liefst aan langlopende opdrachten werkt is dat maar goed ook. Het thema past hem goed. Of dat nu is als de adviseur van een wethouder, als adviseur participatie of als directielid van een SW-bedrijf.  

Patricks werk anno 2020: gemeenten Utrecht en Zoetermeer

Op dit moment (september 2020) werkt Patrick bij twee gemeenten. Bij de gemeente Utrecht als opgave trekker bij de afdeling Werk en Inkomen. Doel: door het bieden van maatwerk en persoonlijke aandacht, het acquireren van passende werkplekken bij werkgevers en het verminderen van vooroordelen, de beweging van werkzoekenden naar werk vergroten. Patrick: “Ik zorg voor de verbinding binnen de unit, met de rest van de organisatie, ketenpartners en het politiek bestuurlijke speelveld.”  

Bij het nieuw op te zetten werkbedrijf Zoetermeer (de Binnenbaan) werkt Patrick als ondersteuner voor drie kwartiermakers. “Hier voegen we de werkgeversbenadering van de gemeente Zoetermeer en DSW samen. Vanuit het werkbedrijf worden mensen geplaatst op de arbeidsmarkt. Samen gaan we handen en voeten geven aan dit nieuwe bedrijf. Doel: drie organisaties die als één gaan werken. Het zal aan mij gevraagd zijn, omdat ik zowel aan de SW-kant als aan de gemeentelijke én financiële kant veel ervaring heb.” 

Wilde je altijd al in het sociaal domein werken? 

“Niet per se. Om antwoord te geven, en te begrijpen waarom ik nog steeds in het sociaal domein werk, moet ik terug in de tijd. Ik ben opgegroeid in Frankrijk. Daar bleef ik tot mijn 19e. In die tijd wilde ik de wereld veroveren, maar wist ik nog niet hoe en waar ik dat dan wilde gaan doen. Eerlijkheidshalve zag ik een mooi studentenleven in Nederland ook wel zitten. Ik koos voor bedrijfskunde aan de Universiteit van Groningen. Hiermee wilde ik een brede basis leggen om aan de slag te kunnen bij nog te ontdekken organisaties. De Franse focus op wiskunde en economie had daar zeker een rol in.” 

“Dat er zoveel culturele verschillen zijn tussen Frankrijk en Nederland heb ik totaal onderschat. Waar ik jaren later tijdens mijn afstudeerperiode – nota bene in Burkina Faso – pas achter kwam, was dat ik in West-Afrika minder last had van een cultuurshock dan bij de overgang van het ene Europese land naar het andere. Oorzaak: op mijn trip naar het Afrikaanse continent had ik me goed voorbereid. Ik wist wat me te wachten stond. Voor mijn verhuizing naar Nederland had ik me op van alles voorbereid, maar niet op de realiteit dat ik een grote gemene deler miste. Ik kende niet dezelfde televisieprogramma’s van vroeger, had niet dezelfde verhalen en kende niet veel publieke figuren. Kennis die je nodig hebt om mee te kunnen praten en de Nederlandse humor te begrijpen. Voordat je dát ingehaald hebt, ben je wel een poosje verder.” 

“Behalve de humor, zijn omgangsvormen van Fransen en Nederlanders ook wel degelijk anders. Daar heb ik het langst aan moeten wennen, maar ook veel van geleerd. Door de jaren heen ben ik me door het zien van verschillen heel bewust geworden van hoe de gemiddelde collega of klant zijn houding aanneemt. Het gaat hierbij over informele krachten en machten. Ik zie snel verhoudingen en kan goed omgaan met verschillende bestuursniveaus. Ik krijg veel mensen mee. Mede door mijn emigratie ga ik hier heel bewust mee om. Als adviseur van een bureau kom ik op veel plekken waar ik kan spelen met de verschillende krachtenvelden. Daar geniet ik van.” 

Wat was je eerste baan in het sociaal domein? 

“Ik ben begonnen als accountmanager bij een SW-bedrijf. De directeur van destijds zei later eens tegen mij: ‘Je had 0 ervaring in het domein, maar je was zeer gemotiveerd.’ En op mijn eerste werkdag zei diezelfde directeur: ‘We gaan reorganiseren. Maar we zijn een commitment met je aangegaan, dus je kunt een jaar blijven. We vragen je wel of je iets anders wilt doen, iets in de re-integratietak van ons bedrijf.’ Zo gevraagd, zo gedaan. Aan het eind van het jaar lag er een nieuwe vraag: of ik de afdeling wilde aansturen. Dus toen werd ik commercieel manager, daarna heb ik zes jaar gewerkt als manager arbeidsintegratie binnen het directieteam. Sindsdien heb ik het hele sociaal domein niet meer losgelaten.” 

Waarom werk je nu niet vanuit het sociaal domein, maar bij een adviesbureau? 

“RadarAdvies is wel een beetje een bijzonder bureau. Toen ik op zoek ging naar een nieuwe uitdaging heb ik bij verschillende bureaus aan tafel gezeten. Bij RadarAdvies was het voor mij meteen duidelijk dat het geen club is waar enkel gefocust wordt op omzet. Tijdens mijn oriëntatie op een nieuwe werkplek ging het aan tafel uiteraard vaak over de bedoeling. Dan ging het over geld: 50.000 euro meer omzet dan je eerste jaar. Maar bij de bedoelingen van Radar voelde ik pas echt een match. Het ging tijdens mijn sollicitatie over een gezamenlijke bijdrage aan de participatiekant van het sociaal domein, over mijn drijfveren en persoonlijke idealen. RadarAdvies heeft de naam een inhoudelijk en deskundig adviesbureau te zijn. Dat zijn we ook. Maar we zijn ook intrinsiek gemotiveerd om de samenleving steeds een beetje beter te maken. En daar word ik graag mee geassocieerd.” 

Hoe doe jij wat je doet? 

“Veel gemeenten en organisaties waar ik voor werk, willen verandering in een lopend systeem. Managers ter plekke zijn al drukdoende met het in standhouden van de organisatie. En als ik die managers hoor zeggen ‘dat kan niet zomaar’ dan heb je aan mij een slechte. Ik haal ik ze graag uit hun verankerde positie. En daarvoor blijf ik kijken naar wat er allemaal wél kan. Als externe kan ik makkelijker verandering in gang zetten.” 

“Veranderen doe ik natuurlijk niet alleen. Je hebt het interne team hard nodig. Ik schrijf niet louter plannen. Een plan is een element van verandering. Feitelijk schrijf ik ze wel, maar ik schrijf ze niet voor een lade. Teams moeten ermee werken. De meest positieve uitkomst: als zij ermee kunnen werken én de doelgroep ermee geholpen is. Daar werk ik voor.”